De kerk staat symbool voor de enorme bevolkingstoename van Hoensbroek aan het begin van de vorige eeuw door de komst van de Staatsmijn Emma.
Omdat de oude Sint Jan aan de markt te klein werd gaf het kerkbestuur in 1894 aan Caspar Franssen, leerling van Pierre Cuypers de opdracht om een nieuwe, grotere kerk te ontwerpen. Een eerste schetsplan was al gereed in 1896, maar pas in 1901 werd besloten om met nieuwbouw te beginnen.
Het was de bedoeling om de oude Sint Jan, behoudens de toren, af te breken. Maar de provincie en het rijk staken daar een stokje voor. Er moest dus, onder leiding van de in 1902 benoemde pastoor Coolen, een nieuwe locatie gevonden worden. In 1904 werd de grond op deze locatie geëgaliseerd en in maart 1905 kon aannemer Paes uit Venlo beginnen met het storten van de fundering voor de nieuwe neogotische kerk. Op 1 april 1905 werd de eerste steen gelegd, in 1906 is de kerk in gebruik genomen.
Het werd een kerkgebouw van 49 meter lang en 20 meter breed. De geplande toren is nooit uitgevoerd.
Het interieur wordt in de volgende jaren door pastoor Röselaers verder aangekleed met een eikenhouten communiebank uit het atelier van Jos Thissen, twee glas-in-loodramen op het priesterkoor en nieuwe zitbanken voor het middenschip en de zijbeuken. En in augustus 1928 komen er kruiswegschilderingen van Jean Thoolen.
De westgevel is in 1985 verfraaid met een beeld van St. Johannes Evangelist. De kerk werd in 1991 gerestaureerd met gelden uit het stadsvernieuwingsfonds van de gemeente Heerlen.
